Bedrijven die gecertificeerd zijn voor de Veiligheidsladder komen in aanmerking voor een gunningvoordeel bij aanbestedingen. Hoe groot dit gunningvoordeel is, hangt af van de trede (van trede 2, 3, 4 en 5) waarvoor de organisatie is gecertificeerd. Een hogere trede wordt pas bereikt als er meer aandacht is voor veiligheid.
Er zijn drie manieren om aan te tonen dat een bepaalde trede op de Veiligheidsladder wordt gehaald:
Beoordelingsrichtlijnen (BRL's) zijn extra eisen om kwaliteit en veiligheid van een aantal werkzaamheden te garanderen. In een BRL staan de wettelijke verplichtingen, maar er staat ook omschreven hoe bepaalde taken moeten worden uitgevoerd.
Het behalen van een BRL certificaat kan wettelijk verplicht zijn wanneer u bepaalde activiteiten wil uitvoeren. Dit zijn vaak activiteiten binnen de bouwsector zoals sanering of sloopwerkzaamheden. Benieuwd of u een BRL nodig heeft? Vraag onze adviseurs voor meer informatie.
Wanneer u beschikt over een BRL certificaat voldoet u aan alle wettelijke verplichtingen waaraan u moet voldoen voordat u bepaalde werkzaamheden uitvoert. Dit waarborgt niet alleen de veiligheid maar ook de kwaliteit van uw project.
Als uitvoerende partij dient u over een BRL certificaat te beschikken bij de uitvoering van bepaalde taken. Op ieder werk hoort bij de uitvoering van kritische werkzaamheden een KVP’er (kwaliteitsverantwoordelijke persoon) aanwezig te zijn. Deze KVP’er kan een medewerker van uw eigen organisatie zijn.
Onder deze BRL valt de uitvoering van waterbodem- en bodemsaneringen in het kader van de Wet bodembescherming en de Wet milieubeheer. Wanneer sprake is van ‘saneren’ wordt bepaald door de regelgeving. In de volgende situaties is het verplicht de werkzaamheden onder certificaat uit te voeren:
De CO-certificering bevat voorschriften die zijn afgeleid van de Nederlandse gasketelwet. Vanaf 1 april 2023 zijn alle organisaties en zelfstandige professionals (zzp'ers) die werkzaamheden uitvoeren aan gasverbrandingsinstallaties verplicht om officieel gecertificeerd te zijn. Daarnaast dienen monteurs die gasverbrandingsinstallaties installeren, onderhouden en repareren per 1 januari 2023 te beschikken over een Bewijs van Vakmanschap CO.
Om in aanmerking te komen voor certificering, moeten aan de volgende vier criteria worden voldaan:
Er moet een kwaliteitshandboek worden opgesteld waarin de interne kwaliteitszorg van de organisatie wordt gedocumenteerd.
Binnen de organisatie moeten twee deskundigen worden aangewezen, die verschillende taken en bevoegdheden hebben. Deze deskundigen worden aangeduid als Vakbekwaam Persoon (VP) en Voldoende Onderricht Persoon (VOP).
Het personeel dat betrokken is bij werkzaamheden aan gasverbrandingstoestellen in gebouwen moet over het Bewijs van Vakmanschap CO beschikken, wat aantoont dat ze deskundig zijn in hun vakgebied.
Alle gebruikte meetinstrumenten dienen nauwkeurig gekalibreerd te zijn om betrouwbare metingen en controles te waarborgen bij het werken aan gasverbrandingsinstallaties.
Deze maatregelen zijn ingesteld om de veiligheid en kwaliteit van gasverbrandingsinstallaties te waarborgen en ervoor te zorgen dat personen en organisaties die hiermee werken, voldoen aan de vereiste kwalificaties en procedures. Het is van essentieel belang om deze regelgeving te volgen om te voldoen aan de geldende wetgeving en certificeringseisen.
Er zijn drie verschillende certificeringstrajecten beschikbaar voor werkzaamheden met betrekking tot cv-ketels en gasverbrandingsinstallaties:
1. BRL 6000-25 Certificering van InstallQ:
2. Kiwa Beoordelingsrichtlijn BRL K25000:
3. NHK 01-2020/01 Certificering:
De keuze voor een certificeringstraject hangt af van de behoeften en kenmerken van het bedrijf:
Na 1 januari 2023 kunnen opdrachtgevers gecertificeerde bedrijven vinden in een online register dat door de Rijksoverheid wordt opgezet. Gecertificeerde bedrijven hebben ook het recht om een beeldmerk te voeren, waardoor ze herkenbaar zijn als gecertificeerde professionals.
Onder de BRL 7000 vallen de volgende protocollen:
Als uitvoerende partij dient u over bovengenoemd certificaat te beschikken bij de uitvoering van een sanering. Op ieder werk hoort bij de uitvoering van kritische werkzaamheden een KVP’er (kwaliteitsverantwoordelijk persoon) aanwezig te zijn. Deze KVP’er kan een medewerker van uw eigen organisatie zijn.